Laminaat is een populaire soort vloer. Onder andere doordat je het
makkelijk zelf kent leggen en relatief goedkoop is. Als doe-het-zelver is
laminaat leggen een klusje dat slechts een of twee dagen in beslag neemt,
afhankelijk van de oppervlakte. Ga je laminaat doortrekken (ook wel doorleggen
genoemd) naar een andere of meerdere kamers? Dan moet je rekening houden met
een aantal punten. Benieuwd? Hieronder leggen wij deze punten graag aan je uit.
Het laminaat doorleggen naar meerdere kamers tegelijk heeft een groot voordeel: je vloer is in alle ruimtes precies tegelijk. Voordat je aan deze klus begint, is het aan te raden om de oppervlakte van alle ruimtes te weten. Zo heb je een aardige inschatting voor jezelf hoeveel laminaatdelen je nodig hebt. Bovendien heb je met een ruimte die uit een en dezelfde soort vloer bestaat geen problemen met drempels. Handig wanneer je minder goed ter been bent.
Laminaat doorleggen werkt niet veel anders dan het leggen van
normaal laminaat. Het is echter wel van belang dat in alle ruimtes een egale
grondvloer aanwezig is. Hierdoor kun je je laminaat strak aanleggen zonder dat
er hobbels of kuilen ontstaan die het laminaat instabiel maken. Werk bij het
leggen van je laminaat altijd vanuit een hoek. Begin bij de grootste ruimtes,
zo kun je de reststukjes laminaat nog gebruiken voor de kleinere ruimtes.
Tip: Laat je vloer altijd acclimatiseren. Wanneer je je laminaat net gekocht hebt kun je dit het beste tot 48 uur laten wennen aan de luchtvochtigheid en temperatuur in je huis. Dit voorkomt het kromtrekken van laminaat en zorgt dat de panelen sneller en makkelijker gelegd kunnen worden.
Vermijd bij de afwerking obstakels zoals muren of radiatoren. Hier
mag je best een beetje afstand houden of overlaten tussen de radiatoren. Deze
‘gaten’ kun je opvullen met losse stukjes laminaat. Wil je plinten? Zorg er dan
ook voor dat je genoeg ruimte en afmetingen aan plinten hebt. Zo kom je niet
voor verrassingen te staan en kun je je muren voorzien van een mooie strakke
afwerking.